Aardrijkskundige Namen

0
1174
index

Uit Het Aardrijkskundig woordenboek der Nederlanden van Abraham Jacob van der Aa (Amsterdam 6 dec. 1792 – Gorinchem 21 maart 1857), dat tussen 1839 en 1851 in 13 delen verscheen.

AAXENS, geh., prov. Friesland, kw. Westergoo, griet. Wonseradeel, arr. en 2 u. W. van Sneek, kant. en 1 u. Z. van Bolsward, onder Tjerkwerd, en 3/4 u. van dat d., aan een watertje, dat hier de grensscheiding tusschen Wonseradeel en Wymbritseradeel vormt. Het behoort kerkelijk onder de gem. Tjerkwerd-en-Dedgum.

ARKUM, geh., prov. Friesland, kw. Westergoo, griet. Wonseradeel, arr. en 2 1/2 u. W. van Sneek, kant. en 3/4 u. Z. van Bolsward, 1/4 u. N. van Dedgum, waartoe het behoort, in den Arkumer-hem, nabij de trekvaart van Bolsward op Workum.

BABUREN of Babuiren, geh., prov. Friesland, kw. Westergoo, griet. Wonseradeel, arr. en 2 1/2 u. W. van Sneek, kant. en 1/2 u. Z. W. van Bolsward, tusschen de dorpen Exmorra, en Tjerkwerd.

BABUURSTERVAART of Babuirstervaart, water, prov. Friesland, kw. Westergoo, griet. Wonseradeel, van het gehucht Baburen afkomende, en met eenen noordelijken loop zich, bij de Marnzijl, ontlastende in de vaart van Bolsward naar Makkum.

BLOEDSLOOT, watertje, prov. Friesland, kw. Westergoo, griet. Wonseradeel, onder Tjerkwerd, ten Z. van Bolsward.Het komt uit de thans drooge Hillebrantsvaart en ontlast zich, met eenen noordwestelijken loop, in de Worukmer trekvaart.

BUWALDA of Bouwoude, b. prov. Friesland, kw. Westergoo, griet. Wonseradeel, arr. en 2 u. O. van Sneek, kant. en 1/2 u. Z. van Bolsward, Z. O. van Dedgum, waartoe het behoort.

EEMSWOUDE of Ymswoude, in het oud-Friesch, b., prov. Friesland, kw. Westergoo, griet. Wonseradeel, arr. en 2 1/2 u. W. ten N. van Sneek, kant. en 1/2 u. Z. van Bolsward, ten O. van en onder het d.Tjerkwerd; met 7 boerderijen en ruim 40 inw.

EEMSWOUDERHEM of Ymswouderhem, in Oud-Friesche stukken, Umswalderahem genoemd, hem of uitgestrektheid aangespoeld land, in de Friesche griet. Wonseradeel, Z. O. van Bolsward, tusschen den Marndijk, Hemdijk en Tjaarddijk.Het is de eerste aanslibbing van het westelijke gedeelte van den voormaligen zeeboezem de Middelzee, welke nog in de twaalfde eeuw een groot deel van het binnenland der prov. Friesland vervulde (1). (1) Zie over deze merkwaardige verlanding de verhandeling van W. Eekhoff, in de Nasporingen betrekkelijk de Geschiedenis der Middelzee in Friesland. Leeuw. 1834; bl. 41.

HEERMAHUIZEN, voorm. geh., prov. Friesland, kw. Westergoo, griet. Wonseradeel, thans waarschijnlijk Jousterp. Zie dat woord. HEREMAHUIZEN, geh., prov. Friesland, kw. Westergoo, griet. Wonseradeel, thans waarschijnlijk Jousterp. Zie dat woord.

HOITEMA of Hoytema, voorm. state, prov. Friesland, kw. Westergoo, griet. Wonseradeel, arr. en 3 u. W. ten N. van Sneek, kant. en 35 min. Z. ten W. van Bolsward, 10 min. Z. ten O. vanTjerkwerd, waartoe zij behoorde.

Deze state vertoonde op het laatst der vorige eeuw nog alle blijkbare teekenen van haar vorig aanzien, want zij was nog voorzien met singels en gracht, waaruit eenen steenen pijp of brug was opgemetseld, boven welke eene hooge en wijde steenen poort stond, groot genoeg om voor eene stad te staan. In deze poort ging men bij eenen ruimen eiken wenteltrap op naar eene ruime bovenkamer, haar uitzigt hebbende naar Bolsward. Volgens overlevering zou deze pijp en poort, in het jaar 1660 gemaakt zijnde, zes duizend gulden gekost hebben. De heerehuizing, die binnen de gracht stond, was, omdat zij door ouderdom vervallen was, in het jaar 1779 verbouwd. In een der kamers plagt men eene, naar dien tijd, zeer wel betimmerde beschutting te hebben, die in het midden twee deuren had. Deze geopend zijnde, kwam men in een ander vertrek, daar een wel betimmerd altaar stond, dus was het waarschijnlijk, dat de Heer Hoitema, ten dienste van zich zelven en zijne huisgenoten, eenen Priester of kanpellaan zal gehouden hebben. Dit vertrek, inderdaad eene groote en ruime zaal zijnde, was gevloerd met witte marmersteenen. De overige vertrekken en verdere gemakken gaven insgelijks de woonplaats van een zeer aanzienlijk en vermogend Heer te kennen.

JOUSTERP, geh., prov. Friesland, kw. Westergoo, griet. Wonseradeel, arr. en 2 u. W. ten N. van Sneek, kant. en 3/4 u. Z. W. van Bolsward, 1/4 u. Z. W. vanTjerkwerd, waartoe het behoort; met 2 h. en 16 inw. Dit geh. heeft vroeger waarschijnlijk Heermanhuizen geheeten.

JOUSTERPER-POEL, water, prov. Friesland, kw. Westergoo, griet. Wonseradeel, 1/2 u. Z. W. van Tjerkwerd, 20 min. N. W. van Dedgum, dat met het Oostermeer in verbinding staat.

JOUSTERPER-POLDER, pold., prov. Friesland, kw. Westergoo, griet. Wonseradeel, arr. Sneek, kant. Bolsward, onder Tjerkwerd; palende N. aan den Rijtseteper-polder, O. aan de Trekvaart-van-Bolsward-op-Workum, Z. aan het behoor vanParrega, W. aan het Parregaaster-meer. – Hij wordt op het Parregaster-meer van het overtollige water ontlast.

RITSEBUREN of Rytseterp, geh., prov. Friesland, kw. Westergoo, griet. Wonseradeel, arr. en 3 u. W. ten N. van Sneek, kant. en 1 u. Z. W. van Bolsward, 10 min. Z. W. van Tjerkwerd.

RITSEBUURSTER-POLDER (DE) of de Rytseterpster-polder, pold., prov. Friesland, kw. Westergoo, griet. Wonseradeel, arr. Sneek, kant. Bolsward; palende N. aan den Hemdijk, O. aan het Parregaaster-meer.Deze polder werd door den watervloed van februarij 1825 geheel overstroomd.

SENSMEER (HET), voorm. meer, prov. Friesland, kw. Westergoo, griet. Wonseradeel, 5 min. N. van Greonterp. Dit meer, in het jaar 1633 bedijkt zijnde, is nu een pold., arr. Sneek, kant. Bolsward, en paalt N. aan den Hemdijk, O. aan de Atzeboerster-meer en den Sensmeer-dijk, Z. aan Greonterp en den Hemdijk, W. aan de Spake-zijl, Krabdijk en den Dedgumer-polder. Men telt daarin 24 h., waaronder 9 boerderijen. De pold. Wordt door eenene water-windmolen, waarbij een molenaarshuis staat, van het overtollige water ontlast, en staat onder het bestuur van eenige landeigenaren in dezen polder.

Bij den watervloed van Februarij 1825 liep deze polder, in den morgen van den 7 omstreeks vier uren, geheel onder. De toestand van dit oord was toen ten uiterste noodlottig, daar deze geheele polder, tot zelfs de hooge of oude landen, onder water stonden, zijnde alleen eenige hoog gelegen boerenhuizen uitgezonderd. De schade, welke de boeren en eigenaars trof, was onberekenbaar groot, want, hoewel het verlies aan vee die de ramp zoodanig teisterde, eenig vooruitzigt, gedurende dat jaar en misschien nog veel langer tijd, iets van zijne landerijen te genieten, daar er voor dien lagen en dus ongunstig gelegen polder, bijna geen middel overbleef om het water te lozen.

SENSMEER of Sensterhuizen, geh., prov. Friesland, kw. Westergoo, gedeeltelijk griet. Wonseradeel, en voor een klein deel Wymbritseradeel, arr. en 2 u. W. van Sneek, kant. en 1 u. Z. van Bolsward, 1/2 u. N. vanGreonterp, waartoe het behoort op den Hemdijk; met 21 h. en 110 inw.

De inw., die er allen R. K. zijn, maken, met die van Greonterp, Hieslum, Parrega, Dedgum, Tjerkwerd, Wolsum, Westhem, Abbega, Oosthem, Oudega, Idsega en Sandfirde eene stat. uit, welke tot het aartspr. Van Friesland behoort, door eenen Pastoor bediend wordt, en nagenoeg 880 zielen, onder welken ongeveer 600 Communikanten, telt. De kerk, aan den H. Vitus toegewijd, is een met gracht en poort verzekerd gebouw, met eenen pastorie en gemeentehuis annex, gezamentlijk ingesloten het Blaauwhuis genoemd. De kerk heeft geen toren, maar is van een orgel voorzien.

TJERKWERD of Kerkwaard, d., prov. Friesland, kw. Westergoo, griet. Wonseradeel, arr. en 2 1/2 u. W. ten N. van Sneek, kant. en 1/2 u. Z. W. van Bolsward.Men telt er met de daartoe behoorende b. Baburen, Eemswoude, Buwalda, Rutzeterp, Jousterp en Jonkersburen, 63 h. en 460 inw., die meest in de veeteelt hun bestaan vinden.

De Herv., die er 310 in getal zijn, behooren tot de gem. Tjerkwerd-en-Dedgum, welke hier een kerk heeft, waarvan de pastorie vóór de reformatie 100 goudg. (150 guld.) waardig was; ook was er een vikarisschap van 80 goudg. (120 guld.). De proost van St. Jan te Utrecht trok er 17 schilden (23 guld. 80 cents). Die kerk is een fraai gebouw, doch bijna zonder toren; ook is zij van geen orgel voorzien. Men vindt daarin eene begraafplaats der Heeren van Ameland uit het geslacht van Cammingha.

De 20 Doopsgez., die er wonen, behooren tot de gem. van Bolsward. – De 130 R. K., die men er aantreft, worden tot de stat. van het Blaauwhuis gerekend. De dorpschool wordt gemiddeld dooreen getal van 50 leerlingen bezocht. Voorheen stonden hier de staten Hoitema en Walta.

TJERKWERD-EN-DEDGUM, kerk. gem., prov. Friesland, klass. van Sneek, ring van Workum. Deze gem. heeft twee kerken, eene te Tjerkwerd en eene te Dedgum, en telt 320 zielen, onder welke 100 ledematen. De eerste, die in deze gem. het leeraarambt heeft waargenomen, is geweest Jarichus Nicolai, die in het jaar 1589 hier in dienst was en weinige jaren daarna vertrok, waarschijnlijk naar de Joure. Tot in 1617 is Greonterp met Tjerkwerd vereenigd geweest, doch toen is Dedgum daarvoor in plaats gekomen, gedurende de dienst van Johannes Serapius, daar beroepen in 1614 en overleden in het jaar 1625 en 1626.

TJERKWERDER-POLDER (DE-), pold., prov. Friesland, kw. Westergoo, griet. Wonseradeel, arr. Sneek, kant. Bolsward; palende N. aan den Hemdijk, O. aan de trekvaart naar Bolsward, Z. aan den Nieuwe-polder, W. aan het land tegen het Parregaaster-meer.

TJERKWERDER-ZIJL (DE), zijl of sluis, prov. Friesland, kw. Westergoo, griet. Wonseradeel, Z. W. van Tjerkwerd, in den Hemdijk, ter plaatse, alwaar de trekvaart naar Bolsward dezen door snijdt.

WALTA, voorm. state, prov. Friesland, kw. Westergoo, griet. Wonseradeel, arr. en 1 1/2 u. W. ten N. van Sneek, kant. en 1/2 u. Z. W. van Bolsward, ten O. vanTjerkwerd, waartoe zij behoorde.

YMSWALDA, Friesche naam der oude b. Eemswoud, prov. Friesland, kw. Westergoo, griet. Wonseradeel. Zie Eemswoud.

YMSWALDRAHEM, Friesche naam van Eemswouderhem, prov. Friesland, kw. Westergoo, griet. Wonseradeel, Zie Eemswouderhem.

YMSWOUDE, b. prov. Friesland, kw. Westergoo, griet. Wonseradeel. Zie Eemswoude.

YMSWOUDERHEM, ham of uitgestrektheid aangespoeld land, prov. Friesland, kw. Westergoo, griet. Wonseradeel. Zie Eemswouderhem.

HEMDIJKEN (DE), reeks van binnenlandsche waterkeeringen, prov. Friesland, in de griet. Rauwerderhem, Wymbritseradeel en Wonseradeel.

Die Hemdijk, welke den grootsten omvang bevat, neemt eenen aanvang bij de Oude-Schouw, aan den tegenwoordigen straatweg, in het Zuidoostelijke gedeelte van de griet. Rauwerderhem, aldaar voorkomenden onder den naam van Groendijk; hij rigt zich vervolgens in Wymbritseradeel, onder dien van Hemdijk, met eene Zuidwestelijke bogt, benoorden het Sneekermeer, langs de Houkesloot, N. W. voorbij Offingawier, van waar hij zich, onder de benamingen van Groene- en Steenedijk (de laatste nu een gedeelte van den straatweg van Sneek naar leeuwarden) tot aan de stad Sneek, welke hij doorsnijdt, uitstrekt, loopende van daar Z. W. langs de Geeuw, naar de Nijezijl onder Oostrum; verder Westwaarts, zich in verschillende rigtingen strekkende, voorbij de dorpen Oosthem, Abbega, Westhem en Wolsum. Bij de buurt Blaauwhuis in Wonseradeel komende, loopt hij langs den noordkant van het ingedijkte Sensmeer, in eene Noord-Noord-westelijke rigting, naarTjerkwerd, en vandaar, N. ten O., tot aan de stad Bolsward, alwaar hij zich aan de Dieperdera-Hem, eertijds een gedeelte uitmakende van de waterkeering de Marne, aansluit.

De groote of algemeene Hem, welke hierdoor gevormd wordt, is thans in verschillende kleine Hemmen verdeeld, als: ten Z. O. van Bolsward, de Yms-Hem of Eemswolder-hem, dus genoemd naar een buurtje onder Tjerkwerd; verder de Morrha-Hem, waarin het Morrhawieltje gelegen is; de Schierwolder-Hem, met de dorpen Wolsum, Westhem, Abbegaen Oosthem, zich uitstrekkende tot aan Sneek; terwijl N. O. van daar de dorpen Scharnegoutum, Goinga, Loinga, Gauw en Offingawier eene Hem vormen, onder den naam van de Snitser-Vijfgea bekend.

Aan dezen grooten Hemdijk sluiten zich aan of hebben zich vroeger aangesloten beringingen van kleineren omvang, waarvan men nog vindt de Ysbrechtumer-hem, insluitende de dorpen Tirns, Tjalhuizum en Ysbrechtum, in Wymbritseradeel; de Dedgumer- en Arkumer-Hem, in Wonseradeel, beginnende bij Tjerkwerd, loopende met een gedeelte van de vroeger bestaan hebbende Rypera-Hem, om het dorp Dedgum; vervolgens, met den Krabbedijk, tot aan den Groote-Hemdijk. In verband tot dezen Hemdijk, thans diendende als waarborg voor de benoorden gelegene landen, tegen eene doorbraak der zeedijken, sluit zich verder aan de later aangelegde en tot dat doel mede zeer aanzienlijke Schraarder-Hemdijk, aanvang nemende aan den Grooten-Hemdijk bij Tjerkwerd, loopende door het dorp Exmorra, Longerhou, ten Oosten van het Makkumermeer, langs het dorp Schraard, tot aan de Marnedijk onder Witmarssum.

Deze Hemdijken, die bij den watervloed van 1825 niet op eene genoegzame hoogte waren gehouden, en waardoor de binnengelegen landen van Wymbritseradeel en Wonseradeel, zoo door overlooping, als door doorbraken overstroomd werden, zijn sedert aanmerkelijk verhoogd en verzwaard.

LAAT EEN REACTIE ACHTER
DELEN
Vorig artikelHimdyk 3
Volgend artikelDe Parochie van Sensmar