De Mole stiet stil

0
900
Molenstietstil

TJERKWERD – Wat draaiden er dit jaar (2005) op de Friese molendag veel molens in de provincie. Eentje ontbrak echter in het veelkleurige pallet van ons molenpatrimonium: de Babuursterrnolen. Nee, de molen was niet kapot. Het gedwongen aan de ketting liggen had een andere oorzaak.

Sinds kort was er namelijk geen molenaar meer voor deze karakteristieke wiekendrager van stichting De Fryske Mole die sinds de Nationale Molendag van 5 mei 1990 de molen en het bijbebehorende molenaarswoninkje in eigendom heeft. Gerben D. Wijnja sprak met molenaar Pier Zijsling in zijn woning aan de Gysbert Japicxlaan in Bolsward. Het zou het laatste interview van Zijsling worden. Zaterdag  11 december 2004 overleed Pier Zijsling op 79-jarige leeftijd. Vandaag (15 december) is hij begraven  op  het kerkhof te Tjerkwerd.

De mole stiet stil ging het door het dorp langs de trekvaart tussen Bolsward en Workum. Met verontrusting werd er gesproken over de Babuurstermolen die met het wiekenkruis in ruststand, in het kruis, naar het westen gericht is. Symbolisch zou je kunnen zeggen: ,de mole hat de kont neit doarp keard. Het waren echter omstandigheden die ertoe hebben geleid dat er niet meer gedraaid kon worden. Molenaar Zijlsing was al een jaar door ziekte aan huis gebonden. Gezeten in de rolstoel blikte hij terug op de geweldige jaren die hij met de molen heeft doorgebracht op de póle. De laatste tien jaar waren samen met Kees Posthuma waarmee hij het prima kon vinden. ,Wy wienen in perfekt koppel, aldus Pier die het vertrek van Posthuma al enige tijd zag aankomen. ,Tegearre ha wy dêr in pracht tiid han. Talrijk waren de (sterke) verhalen die over en weer gingen over de molen en het oude Tjerkwerd. Kees was ooit werkzaam geweest bij de smid in’t dorp, zodat hij aan het wel en wee ook de nodige herinneringen had. Later kwam hij bij de Marechaussee en toen Kees na z’n werk bij het Koninklijk Huis aan de koningin vertelde dat hij in z’n vrije tijd voortaan met een molen zou gaan draaien, keek Hare Majesteit hem vol ongeloof aan. Kees was echter in de ban van de molen en na zijn opleiding tot vrijwillig molenaar werd hij de vaste compagnon van Pier. Een betere kon je je niet wensen. Pier: ,Altyd like krekt en sekuer en .. in man fan de tiid.’ Koest o sa op him oan. Toch begonnen ook voor Kees Posthuma de jaren te tellen. Hij was al eens in het ziekenhuis beland om gedotterd te worden en na het vertrek van Pier stond hij er zo goed als alleen voor. Toch ging hij dat laatste jaar in z’n eentje nog stug door….

Molenstietstil
Zaterdag 11 december hebben de zoon en pakesizzer van de overleden molenaar Zijsling de molen in de rouwstand gezet. Uitgaande van de rechte werkstand zijn de wieken iets te ver gedraaid, als symbool van het leven dat ten einde is gekomen.

De expositie in it polderhuske is  boartsjendewei ûntstien, aldus Pier die in 1984 die oude mûnder Wiebren Koopmans opvolgde. ,It meallen allinne ferfeelde wat. De mûne rêde him wol en yn de tuskentiid begûn ik wat te skilderjen. Het werden grote landkaarten die de tweeduizend jaar durende strijd tegen het water in Fryslân in beeld brachten. Van het een kwam het ander, want het was eigenlijk nooit af. Een officiële status van museum heeft het karakteristieke molenaarswoninkje nooit gekregen, maar de mensen die van heinde en verre it Polderhûske wisten te vinden, oordeelden buitengewoon lovend, getuige de in logboeken achtergelaten indrukken. Vanuit de hele wereld wist men de molen met het witgeschilderde huisje te vinden. Mensen kamen soms ook met van alles en nog wat aanzetten voor de tentoonstelling die in het jaar 2000 een absoluut hoogtepunt bereikte. ,Ik koe fansels alles ek wol brûke om myn ferhaal oer it rike ferline te fertellen. En vertellen dat konden de beide molenaars als de beste. Radio en tv-mensen weten ervan mee te praten. Een journalist had een makkie wanneer hij/zij op de molepôle kwam voor een interview of reportage. Pier en Kees praatten wel. Het was misschien nog wel het moeilijkst om ze op tijd af te remmen om ook andere aspecten aandacht te geven.

Bijzonder Eend in de Bijt
Doet alle muorren behongen wie, seach ik nei de solder en ja, dy wie noch leech. Zo ontstond het idee om een planetarium aan het plafond te construeren. Het verhaal kon Zijlsing niet volledig genoeg zijn.

Bijzondere herinneringen
Pier kan ze nog wel opsommen: de vele buitenlandse bezoekers, de talrijke schoolkinderen, de bijzondere gasten, Simmer 2000, de realisatie van het molenboekje over de Babuurster, de installatie van de tonmolen, de fotoreportages bij trouwerijen, en last but nog least het bezoek van de beide zonen van oud-molenaar  Eade Bylsma. Dy Eade hat by ús arbeider west op e pleats. En syn soan Auke letter ek. En dan komt er het verhaal over Bylsma zn hondje. Het houden van dieren was door het waterschapsbestuur verboden. Maar bij de sollicitatie van Eade werd duidelijk dat hij wel op de molen wilde, maar dan moest z’n hondje ook welkom zijn. Afijn. de installatie als molenaar vond plaats en het hondje kwam mee. Dat het houden van dieren  zo  z’n beperkingen kende, ondervond Eade later: het hondje werd door de draaiende wieken gegrepen en was op slag dood. De familie emigreerde naar Amerika. Toen de zonen op zekere dag terugkeerden stond ook een bezoek aan de molen op het programma. ,Wat wienen dy mannen bliid dat se wer op e molepôle wienen. In gouden dei, ek foar my, omt ik se dat biede koe.

Daar ging het Pier ook vooral om: de mensen iets kunnen bieden. Als klein jongetje knutselde hij al een molen in elkaar naar het model van de Babuurster. ,Mei in skroef en al en dy mealde echt wetter op’e feart. Man wat wie dat moai. De laaipannen makke ik nei fan swilk. Ik knipte se út en spikere se fêst op it achtkant, krekt echt. Het zijn stuk voor stuk herinneringen die gekoesterd worden  als dierbaar aandenken.

Tekst en foto: Gerben D. Wijnja

LAAT EEN REACTIE ACHTER